4 Bechen met reiskriebels

Thaie tour - 3 Weg uit Bangkok

Spectaculair was de aankomst hier in Sanghklaburi, een dorp in de jungle dicht tegen de Birmese grens aan. De hele dag was het bloedheet en op het moment dat we het terrein van de Guesthouse Ponnatee oprijden breekt de hemel open. Een gigantische stortvloed van water klettert neer. In no time staat alles blank en lopen de regenpijpen over. Aangezien hier alles van hout is wordt het ook gelijk spekglad. Onder de indruk van het natuurgeweld dat losgebarsten is blijven we even staan kijken, dan snel naar de kamers. We krijgen een hoekkamer met aan 2 kanten uitzicht op een groot meer. De sfeer doet Jorgen en mij direct aan Nepal denken. We zitten nu dus in Sanghklaburi, de regen en onweer is inmiddels opgehouden en de temperatuur is zeker 10 graden gezakt. Wat makkelijk kan, want het was vandaag wel erg heet. Dit dorpje ligt op 10 kilometer van de Birmese grens af ( Myanmar tegenwoordig) en wordt met name bevolkt door Mon. Een volk uit Birma dat gevlucht is voor het regime omdat andere volken dan Birmezen daar niet getolereerd worden. In dit deel van het land komen weinig toeristen, dat merkten we onderweg al. Zodra wij uit de auto stapten giechelden de dames en staarden de mannen ons aan. En geen woord Engels wordt er meer gesproken en wij snappen maar niet van de Thaise tekens. Gelukkig bestaan er nog handen en voeten, hoewel het wel genant is om dan om toiletpapier te vragen. Vanochtend vroeg uit Bangkok vertrokken, in vergelijking met 20 jaar geleden rijdt het verkeer hier goed door en zodoende waren wij dan ook vroeg bij het JEATH museum. Een museum waar in een nagebouwde barak werd uitgelegd hoe de Engelsen, Aussies, Thaien en Hollanders onder leiding van de Japanners een spoorlijn hebben aangelegd dat Thailand met Birma verbindt. In 18 maanden dwangarbeid werd de spoorlijn aangelegd terwijl de Jappen er 5 jaar voor hadden uitgerekend. Het kostte wel meer dan 110.000 jonge mannen het leven. Na het museum bekijken we ook de begraafplaats. Zo ver van huis is het vreemd om Hollandse graven te zien. We lopen over de beroemde Bridge over the River Kwai en stappen even later in de trein. 2 uur lang genieten we van het schouwspel buiten: rijstvelden, ananasplantages, cassavevelden, maisvelden, suikkerriet, bananen, bergen en tempels. En van het schouwspel in de trein, allerlei verkopers komen langs, van pancakes tot tshirts van donuts tot softdrinks. Na twee uur stappen we uit op een piepklein stationnetje, verder gaat de spoorlijn niet meer, weggehaald door de Britten nadat de Japanners verslagen waren. We gaan lunchen in het enige restaurantje dat hier te vinden is en krijgen een heerlijke 3 gangenlunch voorgeschoteld. Wat is het eten toch lekker hier! Even uitbuiken en dan hup de auto in voor de lange tocht naar Sanghklaburi, totaal 5 uur rijden vanaf Bangkok. En deze laatste twee uur rijden gaat door de bergen, haarspeldbochten te midden van jungle, rijstvelden en zo waar nog een waterval met pool. De waterval is nauwelijks een stroompje zo aan het einde van het droge en hete seizoen, maar de verschillende pooltjes zijn toch lekker voor de kinderen om in af te koelen. Tot grote hilariteit van de Thaise kinderen die ongegeneerd ons aanstaren, springt Lyor van een hoge rots af, zo het water in. Net zoals de kinderen zelf de hele dag al doen. En nu is het avond, aangezien wij de enige gasten zijn in onze guesthouse gaan we op zoek naar een restaurantje dat meer gasten heeft. We vinden een andere guesthouse waar zowaar ook Westers voedsel op de menukaart staat. Isabelle en Lyor maken er gelijk gebruik van door Thaise loempiaatjes te bestellen met patat! De patat is zo lekker ( of weinig) dat Lyor in zijn beste Engels nog 2 borden besteld. De rekening bedraagt bijna 15 euro (700 baht) wat de kinderen gelijk doet opmerken dat het hier wel erg duur is. Inderdaad, afgelopen dagen konden we voor minder dan 400 baht uit eten gaan, zo'n 10 euro. Maar dat komt met name door het Westerse eten. Als we weggaan raken we met de eigenaar in gesprek, morgen gaan we met hem een tour doen (varen, olifanten rijden, olifanten wassen en bamboevlot raften). Daar hoort een picknick bij maar omdat Isabelle vegetarisch is ( no meat, no fish, no egg, die zin kan ze inmiddels dromen) melden we dat van te voren. O, then omelet? Nee, geen ei! O, then fried rice with vegetables and eggs and I cut egg! De kinderen liggen gelijk dubbel van het lachen. Cut egg! Ze lachen nog als we in onze eigen guesthouse om toiletpapier vragen. Toilet? Vraagt het meisje en 10 seconden later Paper? Weer gieren ze het uit om zoveel engelse onnozelheid. Het lachen verstomd pas als vlak voor de kamerdeur van Isabelle en Lyor een enorme dikke pad zit van wel 15 cm! Hoe verder weg van Bangkok, hoe beter de voorzieningen, we hebben WiFi op de kamer! Daar zit ik nu te tikken net nadat ik van de trap afgegleden ben door de gladheid. Resultaat: enorme bloeduitstortingen op bil, pols en enkel. Dat wordt morgen lekker hobbelen op een olifant, misschien dat ik er maar naast ga lopen met de camera!

Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!